Het ene actieplan tegen racisme is het andere niet
Het ene actieplan tegen racisme is het andere niet
De vraag om een nationaal actieplan tegen racisme is een goede zaak, mits er gebudgetteerde maatregelen voorzien worden om structureel racisme aan te pakken, aldus de Coalitie voor een interfederaal actieplan tegen racisme. Ook in de partijprogramma’s voor de komende verkiezingen (2019) moeten acties tegen racisme opgenomen worden.
Brussel, vrijdag 6 juli 2018 – Gisteren herhaalde de federale staatssecretaris voor Gelijke Kansen in het Parlement dat ze nog tijdens deze legislatuur een nationaal actieplan tegen racisme zal ontwikkelen. De aanleiding was een islamofoob haatmisdrijf die eerder deze week in Charleroi plaatsvond. Ook enkele maanden geleden, na racistische tweets aan het adres van de nieuwe miss België, weerklonk de roep voor een actieplan.
Op 22 mei stelde de Coalitie voor een interfederaal actieplan tegen racisme* in de Kamer van de Parlementsleden reeds elf acties voor om racisme in de diepte aan te pakken. Acties tegen racistische haatmisdrijven en online haatspraak moeten ontegensprekelijk deel uitmaken van elk actieplan tegen racisme. Het actieplan zal echter pas impact hebben wanneer ook concrete maatregelen getroffen worden om structureel racisme op de huisvestingsmarkt, de arbeidsmarkt, in de gezondheidszorg, in het onderwijs, kortom, in elk samenlevingsdomein te verminderen.
Acties tegen structureel racisme verdienen dus een plaats in elk actieplan, of het nu op gemeentelijk, regionaal, federaal of – het ideale scenario – op interfederaal niveau ontwikkeld wordt. Ook los van een interfederaal actieplan kan er echter veel verwezenlijkt worden. Nu er partijprogramma's worden opgesteld voor de federale, gewestelijke, communautaire en Europese verkiezingen van 2019, is het van essentieel belang dat die programma's concrete acties tegen structureel racisme voorzien.
Racisme valt namelijk niet te herleiden tot racistisch geweld of vergaande racistische uitspraken, die doorgaans een collectieve verontwaardiging veroorzaken. Deze overduidelijke racistische voorvallen gaan gepaard met veel subtielere vormen van racisme, die voortspruiten uit een gedachtesysteem (een ideologie) dat verweven is doorheen de hele samenleving. Als samenleving hebben we daarom de verantwoordelijkheid om samen de inhaalbeweging naar een post-racistische samenleving te maken.
We moeten ons echter hoeden voor actieplannen - en losstaande acties – die mooi ogen op papier, maar in de praktijk weinig veranderen. De ervaring van nationale actieplannen in andere Europese landen heeft geleerd dat het van wezenlijk belang is om de nodige middelen te voorzien voor de uitvoering ervan.
De recente voorvallen tonen voorts aan dat het plan zeker aandacht moet hebben voor islamofobie. Maar daar stopt het niet: een evenwichtig plan zal ook maatregelen treffen om antisemitisme, racisme tegen Roma, migranten, vluchtelingen, mensen met een migratiegeschiedenis, mensen met een donkere huidskleur... aan te pakken. Tenslotte hoeft geen betoog dat acties – in het actieplan of in de partijprogramma's – maar kans op slagen zullen hebben als alle relevante partners – inclusief mensen die racisme meemaken – geconsulteerd worden bij de uitwerking ervan.
*De Coalitie voor een interfederaal actieplan tegen racisme bestaat uit 47 middenveldorganisaties.
Print deze pagina
Terug naar het overzicht